Uit de beschrijvingen van de specifieke kunstjes die Hansken verrichtte, is duidelijk dat het telkens om één en dezelfde olifant gaat. Zo kon Hanksen een pistool afschieten, met een vendel zwaaien en schermen met een degen. Hansken overleed in Florence op 9 november 1655. Jaren later, in de jaren negentig van de zeventiende eeuw, is er sprake van een olifant die voor een deel precies dezelfde kunstjes deed. Ook deze vrouwtjesolifant kon geld oprapen, een hoffelijke buiging maken, met het vaandel zwaaien en een pistool afschieten. Deze kunstjes zijn te zien op een ongedateerde prent uit circa 1690-1700.
Omdat het gaat om een olifant die dezelfde kunstjes had geleerd, is het niet vreemd dat deze olifant en Hansken soms door elkaar zijn gehaald. Onbekend is of deze olifant ook een eigen naam had. Meer lezen over deze “tweede Hansken” kun je in het artikel: M. Roscam Abbing, ‘So Een Wunder heeft men hier nooijt gesien De Indische vrouwtjesolifant (1678/80-1706) van Bartel Verhagen’, in: Jaarboek 106, Amstelodamum 2014 [2015], pp. 68-95.