Wanneer Rembrandt in 1637 een jonge olifant tekent, hoe weten we dan zeker dat dat Hansken is? Liepen er op dat moment niet meer jonge Indische olifanten rond in Nederland? Hoewel er in de zeventiende eeuw zowel vóór als na Hansken olifanten in Nederland zijn geweest, was Hansken in die tijd de enige. Burgemeester Brinck van Harderwijk noteerde allerlei wetenswaardigheden over olifanten, maar van een tweede olifant tussen 1633 en 1647 is bij hem nooit sprake. Nergens wordt voor zover bekend tussen 1635 en 1655 met zekerheid nog een andere levende olifant in Europa genoemd. Een vermelding uit 1646 over een olifant die Engeland heeft rondgetrokken moet betrekking hebben op de mannetjesolifant die de Engelse koning schonk aan de Franse groothertog Duc de Chevreuse en die voor het laatst in 1635 in Parijs is waargenomen. Hansken was dus korte tijd niet de enige levende olifant in Europa.
De eerste vermelding van een olifant ná Hansken is van 1668 toen de koning van Portugal een olifant schonk aan Lodewijk XIV. Dat was een Afrikaanse olifant. Hansken was twintig jaar lang de enige olifant in Europa.